Mijn dijkwoning gebouwd in 1930 had last van een doorzakkende entree. Deze entree was gemaakt door stalen C profielen (100×50 mm) waarop zware stenen gemetseld waren. De door roestvorming verzwakte stalen C profielen bogen erg door. Omdat ik mijn woning (gevel) niet te zwaar wil belasten wilde ik een lichte stijve constructie terug plaatsen. De roestende liggers die de oude entree ondersteunden konden ook scheurvorming in de buiten en binnenmuur veroorzaken. Roestend staal zet namelijk uit.
Om de nieuwe entree licht uit te voeren heb ik gekozen voor een bedekking van gevelstenen. Deze stenen worden vaak in de utiliteitsbouw gebruikt om gevels te vormen. Door de holtes in deze stenen zijn ze relatief licht en toch sterk. Voor de draagconstructie is gekozen voor roest vast staal (RVS 304). Ik heb de al aanwezige gaten in de buiten en binnenmuur weer gebruikt om de nieuwe draagconstructie te verankeren. Ik heb dus dezelfde profielvorm aangehouden. Ook is de nieuwe entreetrap iets breder uitgevoerd. Omdat de gevelstenen niet zo sterk zijn, zijn op de RVS 304 C profielen hoedverstijvers gelast. Hier ziet u foto’s van de draagconstructie. Deze hoedverstijvers zorgen voor een goede steun van de gebakken gevelstenen. De gevelstenen liggen een beetje los van elkaar zodat ze bij temperatuurverschillen kunnen werken. De stenen liggen gekit op de hoedverstijvers. De kit zorgt ervoor dat de steen een beetje kan bewegen. Dit verhoogt de levensduur van de stenen.
Het resultaat ziet u hier. U ziet ook de nu afgeschuinde betonrand. Hierdoor kan regenwater de dorpel veel moeilijker bereiken. Helaas waren de RVS afdekprofielen iets te kort.